Den Haag, zondag 21 februari 2010
We zijn naar Den Haag gescheurd, gelukkig, er was geen file. Coleta had een wandeling uitgezocht en geprint, we zouden richting strand lopen en dan weer terug, zo’n 20 kilometer.
Binnen de kortste keren waren we verdwaald, lost – welke Amsterdammer weet nu de weg in Wassenaar en omstreken – en ook Coleta raakte de kluts kwijt. Trouwens, zolang woont ze nu ook weer niet in Den Haag.
We hebben lekker rond gemarcheerd, op een goed moment kropen we illegaal door een gat in het hek en kwamen we op een wandelroute terecht. Daar werden we door een goddelijk knappe vent, type Frankie Ribbens (en ook nog met kompas) op het goede pad richting strand gestuurd.
Het begon te regenen, het werd steeds erger, wat mij betreft was ¾ van de wandeling een hellegang. Getver, ik kwam net terug uit Rome, die prachtige en eeuwige stad. Baggerend door het Hollandse landschap in een regen die zo vreselijk was, dat mijn jas na 15 minuten 6 kilo zwaarder was, allemaal voor Oeganda. Je begrijpt, geen klacht kwam er over mij lippen, want dit was tevens een eerste proefje van hoe we als team met eventuele tegenslagen om zouden gaan.
Ik had het stervenskoud. Mopperige gedachten over wat ik daar nu liep te doen wilde ik geen kans geven, dus zette ik er flink de pas in.
Deze ervaring was erg leerzaam, we moeten ons ook op regen in juni voor bereiden.
Discussies over welke weg we zullen volgen vermijden we hopelijk als we over de Veluwe lopen met ons GSP systeem. Het is niet de moeite waard om over zulke dingen irritaties of ruzie te krijgen als je in zo’n geweldige team zit.
Laten we duimen dat we lekker weer hebben op 5 en 6 juni. Eerlijk is eerlijk, aan 30 uur regen wil toch niemand denken?
Geen opmerkingen:
Een reactie posten